Fiction
Lucien Leuwen is het tragikomische hoofdpersonage in het gelijknamige boek van Stendhal, een meester-schrijver in de categorie Ironie. Lucien heeft veel gemeen met Willem Augustijn in Gewassen vlees van Thomas Rosenboom, beiden vragen ze constant om een schop onder hun hol – weggeschopt te worden van de beduimeling door hun vaders en hun eigen gemankeerde geweten. Je zou beide hoofdpersonen zo een cent willen geven, ware het niet dat beide heertjes er al van bulken. Ze beschikken over teveel oud geld en zeulen daarbij met hun ouwelijke zielen van voorflap naar achterflap. Wat een ellendig leven rondom de beide weekdieren wordt ons beschreven, superieur tergend en klassiek afgemaakt. Een Dodenrit. Het mooiste en aangrijpendste leesvoer dat ik ken. Fictie natuurlijk, maar je weet dat daarin juist de scherpste waarheid schuilt. Tot ver nadat ik de boeken terzijde gelegd had hielden de tragische geschiedenissen mij bezig. Hoe verzinnen die mannen het. Ach had ik maar één zo’n hersenhelft.
Reality
Tekstdichter Drs. P. vindt zijn ollekebollekes Technisch van zeer goede kwaliteit… Ontroering is voor hem geen maatstaf, zegt P. in een interview in Volkskrant magazine van 12 juni 2010; taal dient technisch verantwoord te zijn, dat het vers plezierig te pruimen is voor de lezer is mooi meegenomen, meer niet. Net als W.A. en Lucien teerde ook P. zijn hele leven op oud geld leer ik uit zijn relaas. Technisch niks mis mee natuurlijk. Ik durf mij zelfs af te vragen of wij zonder dat beter af waren.
Ontroerend vind ik het, dat hij in een adem genoemd wordt met grote auteurs als Rosenboom en Stendhal.
Geef een reactie