Wassen Neus.

Op weg naar huis overdacht ik mijn zonden en fietste daarbij bijna een oude mevrouw van de sokken. Ik verontschuldigde mij en vond mijzelf een enorme hark. Hoewel? Dat pesten van die nare collega was best wel leuk vandaag, en dat vond de helft van mijn kantoorgenoten eigenlijk ook wel.

Bij mijn huis aangekomen hoorde ik plotseling een brommer akelig dicht achter mij remmen, ik schrok, en al helemaal toen ik klemgereden werd door een soort pizzabrommer.

Meneer Bokdam? vroeg de snotaap, die er gevaarlijk en louche uitzag zo met zijn gesloten helmvizier vlak voor mijn neus.

Ja euh?

Please, With de compliments of the manager, CU.

En daar stond ik met een doos ter grootte van een volwassen voetbal in mijn handen. Het deksel schoof er gemakkelijk af en daar lag … het hoofd van mijn vrouw, haar haren schuin over haar gezicht, het mij zo vertrouwde gezicht, maar dan met afgesneden keel … Ik kokhalsde en verloor mijn bewustzijn, de fiets viel half op straat en mijn hoofd bonkte van weerzin. Dat is nou mijn straf dacht ik. Ze snijden je vrouw haar strot door, alleen omdat je een sullige collega gepest hebt.

Ik keek naar mijzelf: Hij begreep zichzelf echter nog steeds niet. Hij? Hij een crimineel? Hij? Hij die normaal zo calvinistisch was, die zich al schuldig voelde wanneer hij zijn meest geliefde CD wilde opzetten, en dan meestal maar de op een of twee na mooiste uit de kast pakte?

Zijn telefoon ging af. ‘Met Bokdam?’ vroeg een vrouwenstem.

Ja?

‘Ja, met Madame hier… En wat vindt u ervan? We dachten: laten we hem maar meteen haar hoofd laten zien, dan begrijpt hij het wel. Het wordt mooi meneer Bokdam. ….. meneer Bokdam? Bent u daar nog?’

Ik kon niets uitbrengen, ze hadden mijn vrouw koelbloedig vermoord en vroegen nu of wat ik ervan vond….

‘De baas wil graag weten of we haar mogen bijzetten’, ging de stem verder.

Ik keek naar het hoofd van wat eens mijn liefste was en zag toen het kaartje, een beetje zichtbaar vanachter haar oor en ik las: Madame T…sauds, wassen beelden, Amsterdam.

Bloedrode strepen sprongen in mijn ogen en door de tranen zag ik de cijfers 06:06. Ik had nog ongeveer een uur eer ik op moest. Ik kon de slaap niet meer vatten en schreef maar een breinvlaag.



Categorieën:fietsen, Humor, Liefde, Schrijven, Sloerig in de rakker, Verhalen, Werk

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: